Start
T
S
Hw
U
O1
O2
O3
O4
O5
O6
O7
O8
O9
O10
Keuze
Ev
Z
extra

Werkvormen per les-onderdeel

Op deze pagina staat een overzicht van de meest gebruikte werkvormen.
Hieronder geef ik werkvormen die passen bij de verschillende onderdelen.

Om het een beetje overzichtelijk te houden zijn de tabbladen afgekort. Hier is het overzicht

  • T = taal
  • S = spoorboekje
  • Hw = Huiswerk
  • U = uitleg
  • O = opdracht. Het nummer er achter geeft het nummer van de opdracht aan. Let op: bijna elke opdracht heeft een ander karakter, dus ook een andere werkvorm.
  • B = Bilderbergcollege (spiegelverhaal)
  • K = keuze. Een keuze moment waarin je als docent kunt kiezen om de leerlingen aan opdrachten te laten werken of extra instructie geeft.
  • Ev = evaluatie
  • Z = alle opdrachten die op tabblad Z staan.

Soorten vragen
In de methode zijn alle vragen gecodeerd naar hun vorm en inhoud. Hieronder staat het overzicht van de vormen en codes

>1< = individuele opdracht
>2< = duo opdracht
>4< = groepsopdracht

(Rtti) = reproductievraag
(rTti) = toepassingsvraag
(rttI) = inzichtsvraag

m = mavo
h = havo
v = vwo

Taalrijke start

Sommige scholen maken gebruik van de methode "taalrijke" start om de Nederlandse taalvaardigheden van de leerlingen te verbeteren. Hieronder staan mogelijke werkvormen.

  1. Elk level heeft een eigen verhaal (zie tabblad Z). Het thema van het verhaal past bij het thema van het level.
    1. We lezen het verhaal dat bij dit level zit. We bespreken de lees-vragen.
    2. We lezen het verhaal dat bij dit level zit. De leerlingen maken de verwerk-vragen (mits aanwezig)
  2. Op het tabblad Z staat ook “bijzondere dag”. Dit is een feest/herdenking dat in die week plaatsvindt. De “bijzondere dag” hoort dus niet bij de stap (level) maar bij de tijd van het jaar. Elke jaarlaag heeft een eigen “bijzonder dag”.
    1. We lezen de bijzondere dag die nu actueel is. We bespreken de lees-vragen die erbij horen.
    2. We lezen de bijzondere dag die nu actueel is. De leerlingen maken de verwerk-vragen.

Spoorboekje

Sommige scholen maken gebruik van een vaste structuur voor een les. Dit wordt ook wel een spoorboekje genoemd. Hieronder staan daarbij mogelijke werkvormen.

  1. Leest tabblad Start waarin de inleiding en de doelen worden geformuleerd.
    1. De docent leest de doelen voor
    2. Een leerling leest de doelen voor
  2. Maak duidelijk op welke manier de les vorm krijgt
    1. De docent geeft aan welke opdrachten aan bod komen en hoeveel tijd hiervoor is.
  3. Geef het huiswerk op

Huiswerkcontrole

Wil je in de les gebruik maken van huiswerkcontrole kies dan één van de onderstaande werkvormen.

  1. De docent vraagt steeds één leerling naar het antwoord op een vraag van het huiswerk. Tot slot worden de antwoorden getoond op het bord.
  2. De leerling mag de beurt doorgeven aan een andere leerling.
  3. De leerlingen beoordelen elkaars huiswerk.
  4. ‘Begrijp ik niet’. Het komt nogal eens voor dat leerlingen het huiswerk niet maken omdat ze het niet begrijpen. Inventariseer de vragen die niet begrepen zijn en bespreek alleen die.
  5. Alternatief op ‘begrijp ik niet’. Laat leerlingen antwoorden zoeken bij elkaar op vragen die ze niet begrijpen (veel lopen door elkaar)
  6. Alternatief op ‘begrijp ik niet’. Leerlingen gaan in tweetallen op zoek naar de antwoorden.

Uitleg

In de methode Pontifex zijn er twee tabbladen (U1 en U2) waarin de centrale begrippen worden uitgelegd. Kies voor een onderstaande werkvorm

  1. Docent centraal
    1. De docent legt uit
    2. De docent toont het filmpje op de startpagina van het level waarin de centrale begrippen worden uitgelegd.
  2. Klassikaal
    1. We lezen gezamenlijk de tekst.
  3. Groepsgewijs
    1. expert methode

>1< Opdracht 1 (Rtti)

Deze opdracht bevat Reproductie-vragen die gaan over de uitleg op tabblad U1 van de methode pontifex.
De leerlingen maken de opdrachten individueel. Deze woorden daarna klassikaal nagesproken.
De leerlingen checken elkaars antwoorden.
De antwoorden staan op het bord

>1< Opdracht 2

(Rtti)Deze opdracht bevat R-vragen die gaan over de uitleg op tabblad U1 van de methode pontifex.
De leerlingen maken de opdrachten individueel. Deze woorden daarna klassikaal nagesproken.
De leerlingen checken elkaars antwoorden.
De antwoorden staan op het bord

>4< Opdracht 3 (rTTi) (mhv)


Dit is de groepsopdracht.

 

Voorzitter, secretartis

 

expertgroep.

 

voorbereide expertgroep.

  1. Verdeel de klas in een aantal groepen. Zoveel groepen zoveel stukken tekst die de groepen moeten bespreken met elkaar. (mavo: vat de tekst samen tot ongeveer 10% van de tekst) Maak met elkaar 1 toetsvraag.
  2. Groep 1 bespreekt en behandelt met elkaar onderdeel a. Groep 2 doet dit voor onderdeel b en groep 3 doet dit voor onderdeel c enz.
  3. Na bepaalde tijd worden er nieuwe groepen gemaakt, zodanig dat elke groep bestaat uit één lid van groep 1, één lid van groep 2, één lid van groep 3, enz.
  4. De leerlingen leggen de stukken stof aan elkaar uit. (mavo: laat iedereen jouw samenvatting opschrijven). Stel daarna de toetsvraag.

 

Rol

  1. Neem een rol in een bestaande casus. Verdiep je in die rol.
  2. Speel die uit.
  3. Bespreek jouw waarden en normen
  4. Wissel van rol en nogmaals spelen

 

Formuleer toetsvragen

 

Bij een groepsopdracht heb je altijd iemand nodig die het gesprek leidt. Anders wordt het een chaos en gaat iedereen door elkaar praten.

Een goede manier om te kijken of je de stof snapt is het maken van toetsvragen. Dat gaan jullie nu doen.

  1. Spreek met elkaar af wie het gesprek leidt. Schrijf de naam van die persoon op.
  2. Ieder van jullie maakt eerst individueel een toetsvraag. De ene maakt hem over de stof van tabblad U1, de ander over de stof van tabblad U2. Het mag een open vraag zijn of een meerkeuze-vraag.
  3. Verzamel alle toetsvragen. Bespreek met elkaar de toetsvragen en kies de beste er uit.
  4. Schrijf deze op het bord. Alternatief: Padlet: zet je antwoord neer op de volgende link: https://nl.padlet.com/keyr/pfx-11-2-3
  5. Bespreek met elkaar hoe deze groepsopdracht is gegaan. Hoe heeft iedereen gewerkt? Wat ging goed, wat kan beter?

mavo

Doe eerst de algemene vragen. Doe dan de vragen hieronder

  1. Beantwoord je eigen toetsvraag.
  2. Beantwoord de toetsvraag die jullie de beste vonden. (is dit die van jou dan hoef je hier niks te doen)

havo

Doe eerst de algemene- en de mavo-vragen. Doe dan de vragen hieronder.

  1. Bij vraag B heb je een toetsvraag gemaakt over tabblad U1 of U2. Maak nu een toetsvraag over het tabblad waarvan je nog geen vraag hebt gemaakt.
  2. Beantwoord jouw toetsvraag.

vwo

Doe eerst de algemene -  en de mavo-vragen. Doe dan de vragen hieronder. Toetsvragen zijn in te delen naar R-vragen (reproductie, terugzoeken in de tekst), T-vragen (toepassen, wat hoort bij wat) en I-vragen (inzicht, verklaar waarom...)

  1. Wat voor soort vraag is jouw toetsvraag die je bij B hebt gemaakt: R, T of I?
  2. Maak ook twee vragen uit de andere categorieën.

 

 

Vragen voor nagesprek

  • inhoud: Welke relevante onderwerpen/vragen heb jij ingebracht?
  • Proces: hoe is het proces verlopen

 

>1< Opdracht 4 (rTti)(mhv)


Deze opdracht gaat over tabblad U1/U2. Het is een foto opdracht.

  • level 1: gewone foto
  • level 3: puzzel foto schuif. Los eerst de puzzel op en beantwoord dan de vragen
  • level 5: puzzel foto stukjes. Los eerst de puzzel op en beantwoord dan de vragen


>1< Opdracht 5 (Rtti)(>1<)

 

bilderberg 250-56

Bilderbergvergaal 1

Dit is het eerste deel van het spiegelverhaal over het Bilderbergcollege.

>2< opdracht 6 (rTti) (mhv)

Dit is een 'hybride' opdracht. Ik bedoel hiermee dat deze opdracht zowel in de les kan worden gedaan als thuis (de leerling maakt contact met een klasgenoot via social media). Hij past dus helemaal in de stroom van blended learning.

Koppel tabblad B1 aan tabblad U1+U2

Vaak ook internet opdracht

als huiswerk opdracht, zoek dan contact met klasgenoot via social media.

>2< of >4< Opdracht 7 (rTti) (mhv)

 

Level 1
Mindmap

Maak met je tafelgroep een mindmap over vrijheid.

  • Zet op een leeg vel in het midden: "vrijheid".
  • Trek een cirkel een lijnen (zie afbeelding hiernaast)
  • Persoon 1 vult op een lijn iets in.
  • Dan komt persoon 2, dan persoon 3
  • Maak minimaal twee rondjes.
https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/2/25/Mindmap_2.jpg 

Level 2
Mini-view.

  • Zet interview vragen op het bord.
    • Welk feest is in jouw familie het meest belangrijk?
    • Waarom?
    • Welk ritueel is daarin het meest belangrijk?
      (voorbeeld: verjaardag. omdat we dit met z'n allen vieren. we zingen lang zal ze leven)
  • Zet alle stoelen in vier rijen van 7 of 8 stoelen. Zie voorbeeld hiernaast (blauwe stoelen) . Klik om hem groter te zien. De leerlingen zitten met hun gezicht naar elkaar toe.
  • De leerlingen interviewen elkaar in 1 minuut.
  • Dan schuift ieder 1 stoelen naar links. Opnieuw interviewen.
  • Daarna nog 1 keer opschuiven.
  • Bij ongelijke aantallen 1 drietal maken.
 o7 miniview 4-rijen

Level 3
antwoorden scoren (nummers 1,2,3,4). Nummers 1 lopen rond en scoren andere antwoorden dan zij zelf hebben. Dan nummers 2, dan 3, dan 4. Alternatief: mavo leerlingen scoren bij mavo leerlingen, havo bij havo enz.

 

Level 4
Foto's teksten, keuze maken

 

Level 5

Dit is een groepsopdracht (3 à 4 personen). Hou een korte presentatie over één van de zuilen.

  • Kies met jouw groepje één van de vijf zuilen.
  • Verzamel informatie over die zuil.
  • Presenteer dit voor de klas.
  • De presentatie mag niet langer zijn dan 2 minuten.
  • Ieder lid van de groep moet een bijdrage hebben.
 

>1> Opdracht 8 (Rtti)

bilderberg 250-56

Bilderbergvergaal 2

Dit is het tweede deel van het spiegelverhaal over het Bilderbergcollege.

>1< Opdracht 9 (rTti)(mhv)

Koppel tabblad O8 aan tabbladU1/U2

>1< Opdracht 10 (rttI)(mhv)

Verwerkingsvraag naar aanleiding van alle stof. Afgesloten met een digitale diagnostische toets.

Keuze-opdracht

  1. Verlengde instructie
    1. de docent geeft de verlengde instructie aan leerlingen die achter lopen. Instructietafel aan de hand van rtti - (kijk bij de toets wie R slecht had, of T). Kies zelf je groep uit
    2. de docent vraagt een leerling om de verlengde instructie te geven aan leerlingen die achter lopen
    3. de docent geeft instructie aan de havo of vwo leerlingen.
  2. Intermezzo's
    1. De leerling gaat een intermezzo die hij/zij nog niet heeft ingeleverd
    2. De leerling gaat een intermezzo maken die hij/zij binnekort moet inleveren
  3. Huiswerk
    1. De leerling gaat aan het werk met het huiswerk dat voor de volgende les in opgegeven
    2. De leerling bespreekt het huiswerk van deze les met de buurman/vrouw

Evaluatie


Op inhoud
Via toetsspelen / creatieve diagnostische toetsen. In de bijlage evaluatie staan deze werkvormen uitgewerkt.
Win de toets
Tik het goede antwoord
Bingo - proeftoets
Mentimeter
via klassikaal vragen
Welke begrippen hebben we deze les geleerd?
Wat is de belangrijkste vraag waar jij deze les antwoord op hebt gekregen?
Denken delen uitwisselen. twee aan twee. Vertel elkaar welke begrippen we hebben geleerd.
via digitale diagnostische toets
Op proces
via klassikaal vragen
Bedenk voor jezelf hoe goed je hebt gewerkt deze les. Geef jezelf een cijfer. Wie heeft er lager dan een 6? Waarom?
Bedenk voor je buurman/vrouw hoe goed hij/zij heeft gewerkt deze les. Geef hem/haar een cijfer.
via schriftelijke vragen
Schrijf voor jezelf op hoe goed je hebt gewerkt deze les. Geef jezelf een cijfer.

Zijstromen

In deze tabbladen vind je uitbreidingen bij de stap. Het zijn zijstromen. Je kunt ze gebruiken. Aanvullingen, tips, mail mij.

 

Verhaal

 

begrippen
Het verhaal heeft altijd te maken met één van de begrippen die in het level worden behandeld. De verhalen zijn afkomstig van de website van beleven.org.

--> Klik hier voor de website van beleven.org

 

Leesvragen
Bij de verhalen zijn steeds lees-vragen gemaakt. Het doel hiervan is dat de leerling kritischer leest.

Tip: maak de vragen terwijl je leest. Soms is een verhaal dusdanig lang dat leerlingen alleen maar aan het lezen zijn en niet meer aan de vragen toe komen. Vandaar deze tip.

 

verwerkvragen
Naast lees-vragen zijn er ook een aantal standaar verwerk-vragen.

  1. Wat voor soort verhaal is dit:
    -- een sprookje
    -- een levensbeschouwelijke verhaal
    -- een herdenkingsverhaal
    -- een verhaal dat eigenlijk overal bij kan horen
  2. Leg uit waarom het van belang is dit verhaal te lezen bij dit level
  3. Wat spreekt je het meest aan in dit verhaal?
  4. Wat spreekt je het minste aan in dit verhaal?

 

Verwerkingsopdrachten
Verder is er ook steeds een verwerkingsopdracht. Hieronder staat het overzicht van de opdrachten:

  • vanuit reproductie:
    • (mondeling) vertel waar het verhaal over gaat.
    • (klassikaal) de eerste begint te vertellen, de tweede vult aan
    • (schriftelijk) schrijf 10 belangrijke woorden op uit dit verhaal
  • vanuit toepassen:
    • (denken - delen - uitwisselen) wat is de moraal van het verhaal?
    • (schriftelijk) Je hebt het verhaal gelezen. Wie zou jij willen zijn in dit verhaal? Waarom? Stel, je zit bij een ander vak, zou je dan hetzelfde antwoord geven? Ja/nee, waarom?
  • vanuit inzicht:
    • Wat heeft dit verhaal volgens jou met levensbeschouwing te maken?
    • Waarom staat dit verhaal bij het thema dat we nu behandelen?

 

Bijzondere dag

Er is altijd wel een bijzondere dag in een week. Daarom is er voor elke week een bijzonder dag uitgezocht. Daarover wordt informatie gegeven en daar zijn vaak vragen bij benoemd. Soms is er zowel een bijzondere dag voor klas 1 en een andere voor klas 2 of 3. Soms is het dezelfde dag.

Hieronder zie je het voorbeeld

 

Duurzame dinsdag

--> klik hier voor meer informatie (via de site van beleven.org)

https://upload.wikimedia.org/wikipedia/commons/d/d1/Lanaken_-_windturbine.jpg

 

 

Leesvragen

  1. Door wie is deze dag ingesteld?
  2. Wat wordt er op deze dag gedaan en aangeboden?

 

Verwerkvragen

  1. Als jij de regering zou mogen adviseren, welke voorstellen zou jij hen dan geven?
  2. En wat zou jij hen adviseren om zeker niet te doen (op het terrein van duurzaamheid)?

 

 

antwoorden

  1. IVN en andere natuur-organisaties
  2. Allerlei initiatieven voor nieuw duurzaam beleid
  3. een dag die eigenlijk niet zo bijzonder is. Is eigenlijk een dag als protest.
  4. aandacht voor duurzaamheid

 

 

 

Gedicht

Hier staat altijd een gedicht dat past bij het level

 

 

Foto

Hier staat altijd een foto die past bij het level. Er zijn vragen bij. Hieronder zie je een voorbeeld.

 

Vragen bij de foto

  1. Schrijf in minimaal 20 woorden op wat j ziet op de foto
  2. Waarom, denk je, hoort deze foto bij dit level?
  3. Bedenk een titel voor deze foto (die bij dit level hoort)

 

 

wwpray

Wereldwijd gebed. Op de hele wereld bidden mensen. Voor de één is dit een dagelijks gebed. Voor de ander een kreet in nood. Het ene gebed is herkenbaar, het andere misschien meer een rare tekst.

 

Jouw adem doet de aarde leven

God, grote Geest,
jouw adem doet de aarde leven.
Wij hebben jouw kracht en wijsheid nodig.
laat ons in schoonheid onze weg gaan.
laat onze ogen het lichtend rood
van de ondergaande zon
voor altijd zien en vasthouden.
maak ons wijs zodat wij herkennen
wat Jij ons geleerd hebt.
Help ons de zin te doorgronden
die in elk blad en steen verborgen zit.
Geef ons de bereidheid
voor Jou te treden met schone handen
en heldere ogen.
Zodat wij tot Jou komen
zonder schaamte, zonder schroom
als ons leven voorbijgaat.


Overgenomen uit: Jan Brock, Geef ons heden ons dagelijks brood; bidden met de armen. Uitgave NMR. p. 101

 

Vragen

  1. Uit welk land komt dit gebed, denk je?
  2. Bij welke levensbeschouwing, denk je, hoort dit gebed?
  3. Wat voor soort gebed is het?
    1. een dankgebed om het goede leven
    2. een gebed om hulp voor de slechte situatie
    3. een gebed dat anderen oproept om beter te leven
    4. een gebed dat niet bij de bovenstaande omschrijvingen hoort.
  4. Leg uit waarom dit gebed bij dit Level van Pontifex hoort
  5. Wat spreekt je het meest aan in dit gebed?
  6. Wat spreekt je het minste aan in dit gebed?

 

 

 

 

 

wwpray

Op de wereld zijn er heel veel gebeden. Van verschillende soorten mensen, van verschillende levensbeschouwingen.
Hieronder zie je er eentje van.

Als een wolk muggen

Lees meer …

zo zo, fie fie

Filosofische oefeningen met de pen

Het hele leven zit vol met vragen.
Ze zijn lang niet altijd gemakkelijk om te beantwoorden. Maar wel leuk.
Wat dacht je van de volgende:

Is het voor een cijfer?

Lees meer …

in beeld

Muziek en levensbeschouwing horen bij elkaar. Daar zijn heel wat voorbeelden van. Die hebben we hier voor jou verzameld.
Wat vind je van degene die hieronder staat?

Sunday bloody sunday

U2 

Lees meer …

Dichtbij

Kruip in een gedicht
Laaf je aan de woorden

We hebben de volgende voor je klaar staan:

Als ik vrij kom

Lees meer …

kwartet

Opdrachten die je met groepjes van maximaal 4 leerlingen kunt doen.

Tafelvoetbal

Hoelang kunnen jullie de propjes op de tafel houden?

Lees meer …

klasbak

Klassikale opdrachten die je als energizer kunt inzetten.

puzzelmania

Lukt het jullie de puzzels tot een goed einde te brengen?

Lees meer …